Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Geen hand zal hem aanroeren, maar [25]hij [26]zal zekerlijk gestenigd, of zekerlijk doorschoten worden; hetzij een beest, hetzij een man, hij zal niet leven. [27]Als de ramshoorn [28]langzaam gaat, zullen zij [29]op den berg klimmen. 25. Versta, mens of dier, die den berg zal hebben aangeroerd. 26. God wil zeggen: is hij nabij, zo zal men hem stenigen, is hij ver af, zo zal men hem doorschieten. 27. Er was geen ramshoorn, maar men hoorde een geluid, als het geluid of den toon van een ramshoorn. 28. Te weten, in een toon, of eenparig geluid, gelijk in het einde van de gezangen gebruikelijk is. 29. Doch beneden blijvende, aan den voet des bergs, vs.17; te weten, zo na, dat zij de wet mochten horen afkondigen.